Het gerechtshof heeft een belangrijke uitspraak gedaan over de werkingssfeer van de cao Levensmiddelenbedrijf (cao LMB) in relatie tot online supermarkten zoals Picnic, Picnic Hubs, Flink en Hofweb. Volgens het hof vallen deze bedrijven, ondanks hun digitale karakter en logistieke bedrijfsvoering, wél onder de toepassing van de cao LMB. De kern van de uitspraak is dat alle werkzaamheden die nodig zijn voor de verkoop en levering van supermarktproducten — inclusief logistiek en bezorging — beschouwd worden als onlosmakelijk verbonden met het exploiteren van een (virtuele) supermarkt.
De bedrijven beriepen zich op een alternatieve cao, de cao E-commerce Nederland, die zij zelf met vakbond De Unie hadden afgesloten. De minister van SZW wees echter het verzoek af om deze cao algemeen verbindend te verklaren, vanwege overlap met de cao LMB. Daarom oordeelde het hof dat Picnic c.s. gehouden zijn de algemeen verbindend verklaarde cao LMB toe te passen voor de betreffende periode.
Het verweer van Picnic c.s. dat hun werkzaamheden wezenlijk verschillen van die van traditionele supermarkten werd verworpen. Ook hun beroep op uitzonderingsbepalingen en op het kartelverbod mocht niet baten. Volgens het hof leiden de cao-verplichtingen niet tot onredelijke rechtsgevolgen of concurrentievervalsing, maar vloeien deze juist voort uit het eigen gekozen bedrijfsmodel.
De uitspraak bevestigt dat ook e-commercebedrijven die supermarktproducten verkopen en bezorgen onder de cao LMB vallen. Dit betekent dat hun werknemers in hubs en fulfilmentcenters — inclusief bezorgers — recht hebben op dezelfde arbeidsvoorwaarden als personeel in fysieke supermarkten, waaronder cao-toeslagen. Het hof bekrachtigt grotendeels het eerdere vonnis.
Deze zaak onderstreept het belang van heldere werkingssfeerbepalingen in cao’s en laat zien dat digitale bedrijfsmodellen niet per definitie buiten de reikwijdte van bestaande arbeidsvoorwaardenregelingen vallen.
Bron: Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 24 juni 2025, ECLI:NL:GHARL:2025:3772